donderdag 10 mei 2012

Twee aankondigingen van studiedagen komende maand en een voor- en na-aankondiging

Hoewel een paar leveranciers van studiedagen het af laten weten, zoals ik in m’n vorige blog beschreef, (zie hier ), twee initiatieven door niet-boeddhistische (!) organisaties.
Bij beide initiatieven speelt André van der Braak een rol, jaja, het boeddhistische wereldje is klein.
Ook noem ik nog twee andere zaken.

I. Lezing op 4 juni bij de VU door Brian Victoria over de rol van het Boeddhisme en haar betrokkenheid bij oorlog en geweld
De lezing en aankondiging (zie hier ) is in het Engels, daarom zie ik af van het vertalen van citaten uit deze uitgebreide aankondiging.
De tweede titel van de lezing luidt : Zen as a Cult of Death in the W.W. II Writings of D.T. Suzuki
Met zijn geruchtmakende boek ‘Zen at War’ heeft Victoria bewezen daarvoor de aangewezen man te zijn.
Ik hoop alleen dat hij zich niet beperkt tot de betrokkenheid van het Zen-boeddhisme bij oorlog en geweld. Het zou best eens kunnen dat hij ook een en ander weet over deze betrokkenheid in andere landen en bij andere boeddhistische tradities (Sri Lanka is een voorbeeld)
Ik ga André van der Braak vragen of Brian Victoria dat ook aan de orde wil stellen.


II. Symposion op 2 juni bij de Rosenkruisers in Bilthoven over “Alle verandering komt tot rust in Boeddha, de geest van het universum”
Voor de volledige aankondiging, zie hier
Ik citeer de aankondiging van de twee te houden lezingen:
"ANDRÉ ROUMEN
Boeddha, de geest van het universum
Boeddha doorzag ons bestaan als een wielwenteling van ontstaan en vergaan, als een wordingsproces waarmee ons lijden onlosmakelijk is verbonden. Verlossing van de wielwenteling vereist een inkeer in de kern, om zo deel te krijgen aan de Boeddha-natuur, die heel het universum doordringt. Zo kunnen we de keten van oorzaken die ons bewustzijn en ons bestaan in stand houden, doorzien en doorbreken. Als onwetendheid zo plaats maakt voor een nieuw bewustzijnslicht, keren we terug in de geest van eenheid, de Boeddha-natuur, de geest van het universum.
ANDRÉ VAN DER BRAAK
Dharma, de bevrijdende leer die leidt tot wijsheid voorbij alle wijsheid
De leer van Boeddha gaat primair over de bevrijding van de mens uit de gevangenschap in het wentelende rad van geboorte en dood. Boeddha formuleerde het achtvoudige pad om mensen in staat te stellen geleidelijk onwetendheid op te heffen, geen negatief karma meer te creëren en nirvana te bereiken. Het mahayana-boeddhisme (het grote voertuig) legt een ander accent. Daarin gaat het vooral om de vervolmaking van wijsheid, om het realiseren de wijsheid voorbij alle wijsheid. We kunnen de werkelijkheid hooguit benaderen. De werkelijkheid zelf is onbegrijpelijk en onuitsprekelijk. Hoe kunnen we komen tot een dergelijke paradoxale wijsheid voorbij alle wijsheid?
"

Ik krijg het gevoel dat de initiatiefnemers het boeddhisme in haar veel vormigheid wel wat selectief bekijken en het interpreteren in de richting van hun eigen Rozenkruis-filosofie. Hopenlijk dat André ook de boodschap van dukkha voor het voetlicht brengt, ook andere invullingen van het boeddhisme noemt, het niet alleen over wijsheid voorbij alle wijsheid heeft maar ook de eerste vijf paramita’s bespreekt.
Niettemin: een waardevol initiatief.


III. Vooraankondiging van een studiedag in september over “Hoe moet het verder met het georganiseerde Boeddhisme?”
Het jaar 2012 lijkt het jaar van de waterscheiding te worden t.a.v. het georganiseerde boeddhisme in Nederland. Hoe de kaart er – na de ledenbevergadering van de BUN op 9 juni en de evaluatie door het KASKI – er vandezomer uit gaat zien, is niet goed te voorspellen, maar hij kan wel eens anders uit zien dan nu.
Om dat duidelijk te maken, kan ik het makkelijkste mezelf citeren, een reactie in *openboeddhisme* (zie hier ):
Terecht schrijft de redactie: ‘Zodra komt vast te staan dat de BUN niet aan deze eisen voldoet, of dat zij zelf aangeeft haar bestuurlijke verantwoordelijkheid niet langer te kunnen dragen, komen de BOS en BZI in gevaar. Dit vloeit voort uit de toepasselijke wet- en regelgeving.’
Het gevaar voor de BOS is tot nu onderbelicht gebleven. Het is niet denkbeeldig. In 2010 gaf het Commissariaat voor de Media (CvdM) de Nederlandse Moslim Omroep geen zendtijd meer omdat niet duidelijk was welk religieus genootschap deze omroep nu eigenlijk droeg.
Dit besluit was gebaseerd op artikel 2.42 Mediawet:
‘Het Commissariaat kan eens in de vijf jaar kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag aanwijzen voor het verzorgen van media-aanbod op kerkelijk of geestelijk terrein. Voor aanwijzing komen slechts genootschappen in aanmerking die representatief geacht kunnen worden voor een in Nederland aanwezige kerkelijke of geestelijke hoofdstroming.’
Kan een noodverband van een nieuwe, snel opgerichte koepelorganisatie de BOS helpen?
Het CvdM zal de bezwaren daartegen ongetwijfeld serieus nemen. Die komen er zeker, niet alleen door organisaties en personenen maar ook door feiten: ontbrekende representativiteit.
Toch is het omvallen van de BOS geen argument om de BUN te continueren.
Er is een andere oplossing die tegelijk rekening houdt met de eis van de minister dat bij een fusie van de BOS een onafhankelijke programmaraad het boeddhistische gehalte van de programmering bewaakt.
De huidige participatieraad (PAR) is statutair onvoldoende geregeld. Ik heb in november 2011 voorstellen gedaan deze regeling te verbeteren.
Wellicht accepteert het CvdM de vernieuwde PAR (die waarschijnlijk beter een rechtspersoon kan worden) voor de komende drie jaar als opvolger van de BUN.
Volgens mij moet nog deze maand een begin met deze oplossingsrichting worden gemaakt.
Succes is niet gegarandeerd, maar het is een mogelijkheid. Míts belangenverstrengeling dit keer voorkomen wordt.”


Het lijkt me een goed idee over een en ander een studiedag te organiseren. Op een zaterdag in september dit jaar bv, in het midden van Nederland (nader te bepalen).
Samen met anderen; wie?
Misschien ook wel niet door mij, maar vooral of alleen door ‘verse boeddhisten'.
Dus meld u / je aan !


IV. Nog even terugkomen op een puntje uit m’n vorige blog over ditjes en datjes.
Een soort na-aankondiging eigenlijk.

Ik noemde het uitkomen van het eindrapport van de Werkgroep de Lotusbloem (zie hier ).
Inmiddels heb ik het gelezen en heb er inmiddels twee reacties op gegeven, waarbij ik het wel kan laten.
Aan het bestuur van de BUN (waarvan ik het rapport kreeg omdat ik een van de geinterviewden ben) schreef ik:
Ik heb er begrip voor dat niet al mijn suggesties in het gesprek dat ik begin dit jaar met de werkgroep heb gevoerd, in dit eindrapport zijn opgenomen (eigenlijk geeneen, dat komt door het uitgangspunt genoemd op pag 26 ‘We gaan uit van de bestaande organisatorische context’)
Maar speciaal vind ik het wel jammer dat niets gedaan is met mijn suggestie
de BUN biedt alsnog excuus aan aan het Commissariaat voor de Media voor het feit
. dat zij in 2009 en 2010 is meegegaan met de claim als zouden er in Nederland
. ruim 900.000 boeddhisten inclusief personen met sterke affiniteit tot het boeddhisme zijn'
. ”

Aan de onderzoekers van het KASKI, die op dit moment de BUN als zendende instantie evalueert, en die ik recent informeerde over allerlei interessant nieuws (bv in *openboeddhisme*), schreef ik:
Mijn persoonlijke mening, die ik inmiddels met anderen heb gedeeld, over de stand van zaken, na kennisneming van dit rapport :
Te weinig en te laat; het werkgroep-rapport gaat nog uit van de fictie dat de BUN een bestuurde vereniging is.”

Geen opmerkingen: